Mijn favoriete vak is Engels. Ik ben langer dan 1.65m. Mijn favoriete eten is pizza. Ik heb een kat als huisdier. Ik ben wel eens in het buitenland geweest. Ik heb 2 huisdieren. Ik kan goed zingen. Ik ben in september jarig. Ik kook graag. Ik ben in december jarig. Ik hou van lezen. Ik heb zin in het nieuwe schooljaar. Ik heb meer dan 3 broers/zussen. Ik heb geen huisdieren. Ik draag nu meer dan 3 verschillende kleuren. Ik heb een hond als huisdier. Ik doe aan meer dan 2 sporten. Ik hou van lezen. Ik moet meer dan 5 km fietsen naar school. Ik ben in de zomer op vakantie geweest. Ik game graag. Ik ben buiten de polder geboren. Ik woon op een boerderij. Ik heb een skateboard. Mijn favoriete vak is Engels. Ik ben langer dan 1.65m. Mijn favoriete eten is pizza. Ik heb een kat als huisdier. Ik ben wel eens in het buitenland geweest. Ik heb 2 huisdieren. Ik kan goed zingen. Ik ben in september jarig. Ik kook graag. Ik ben in december jarig. Ik hou van lezen. Ik heb zin in het nieuwe schooljaar. Ik heb meer dan 3 broers/zussen. Ik heb geen huisdieren. Ik draag nu meer dan 3 verschillende kleuren. Ik heb een hond als huisdier. Ik doe aan meer dan 2 sporten. Ik hou van lezen. Ik moet meer dan 5 km fietsen naar school. Ik ben in de zomer op vakantie geweest. Ik game graag. Ik ben buiten de polder geboren. Ik woon op een boerderij. Ik heb een skateboard.
(Print) Use this randomly generated list as your call list when playing the game. There is no need to say the BINGO column name. Place some kind of mark (like an X, a checkmark, a dot, tally mark, etc) on each cell as you announce it, to keep track. You can also cut out each item, place them in a bag and pull words from the bag.
Mijn favoriete vak is Engels.
Ik ben langer dan 1.65m.
Mijn favoriete eten is pizza.
Ik heb een kat als huisdier.
Ik ben wel eens in het buitenland geweest.
Ik heb 2 huisdieren.
Ik kan goed zingen.
Ik ben in september jarig.
Ik kook graag.
Ik ben in december jarig.
Ik hou van lezen.
Ik heb zin in het nieuwe schooljaar.
Ik heb meer dan 3 broers/zussen.
Ik heb geen huisdieren.
Ik draag nu meer dan 3 verschillende kleuren.
Ik heb een hond als huisdier.
Ik doe aan meer dan 2 sporten.
Ik hou van lezen.
Ik moet meer dan 5 km fietsen naar school.
Ik ben in de zomer op vakantie geweest.
Ik game graag.
Ik ben buiten de polder geboren.
Ik woon op een boerderij.
Ik heb een skateboard.