"Me wifidoet hetniet.""Ho, ikstond nogop mute.""Is dat jehamster op deachtergrond?""Sorry, gajij maareerst.""We wachtennog even totiedereen eris.""Ik moetecht wegom...""Hallohallo?""Ze komtzo, wantze kan erniet in.""Ik moesteven dehonduitlaten.""Ik hoormezelf inde echo.""Ik benweer inslaapgevallen.""Je vielweg.""Ik heb tochbij de pollygezegd datik er was.""Kun jeeen slideterug.""Horenjulliemij?""Zehebben jegedempt.""Kunnenjullie mijnschermzien?""Jelooptvast.""Kan jedat nogevenherhalen.""Ik ga zonaar deortho.""Me wifidoet hetniet.""Ho, ikstond nogop mute.""Is dat jehamster op deachtergrond?""Sorry, gajij maareerst.""We wachtennog even totiedereen eris.""Ik moetecht wegom...""Hallohallo?""Ze komtzo, wantze kan erniet in.""Ik moesteven dehonduitlaten.""Ik hoormezelf inde echo.""Ik benweer inslaapgevallen.""Je vielweg.""Ik heb tochbij de pollygezegd datik er was.""Kun jeeen slideterug.""Horenjulliemij?""Zehebben jegedempt.""Kunnenjullie mijnschermzien?""Jelooptvast.""Kan jedat nogevenherhalen.""Ik ga zonaar deortho."

Online Meeting Bingo - Call List

(Print) Use this randomly generated list as your call list when playing the game. There is no need to say the BINGO column name. Place some kind of mark (like an X, a checkmark, a dot, tally mark, etc) on each cell as you announce it, to keep track. You can also cut out each item, place them in a bag and pull words from the bag.


1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
  1. "Me wifi doet het niet."
  2. "Ho, ik stond nog op mute."
  3. "Is dat je hamster op de achtergrond?"
  4. "Sorry, ga jij maar eerst."
  5. "We wachten nog even tot iedereen er is."
  6. "Ik moet echt weg om..."
  7. "Hallo hallo?"
  8. "Ze komt zo, want ze kan er niet in."
  9. "Ik moest even de hond uitlaten."
  10. "Ik hoor mezelf in de echo."
  11. "Ik ben weer in slaap gevallen."
  12. "Je viel weg."
  13. "Ik heb toch bij de polly gezegd dat ik er was."
  14. "Kun je een slide terug."
  15. "Horen jullie mij?"
  16. "Ze hebben je gedempt."
  17. "Kunnen jullie mijn scherm zien?"
  18. "Je loopt vast."
  19. "Kan je dat nog even herhalen."
  20. "Ik ga zo naar de ortho."