Dit kindspeelthockeyDit kindtekentgraagDit kind zitstraks ingroep 5Dit kindheeft eenbroer (tje)Dit kindkomt altijdop de fietsDit kindheeft eenA-diplomaDit kindhoudtvan gymDit kindeet graagpizzaDit kindslaaptgraaguit!Dit kindgaat opvakantieDit kindvindtlezen leukDit kind isde oudstethuisDit kind zitstraks ingroep 4Dit kindheeft eenkonijnDit kindvindtrekenenleukDit kindheeft eenzus (je)Dit kindheeft eenB-diplomaDit kindzit opvoetbalDit kindbespeelteeninstrumentDit kindhoudt vandansenDit kindeet graagpindakaasDit kindis dol opspelletjesDit kindheeft eenhondDit kindspeeltgraagbuitenDit kindis dejongstethuisDit kindspeelthockeyDit kindtekentgraagDit kind zitstraks ingroep 5Dit kindheeft eenbroer (tje)Dit kindkomt altijdop de fietsDit kindheeft eenA-diplomaDit kindhoudtvan gymDit kindeet graagpizzaDit kindslaaptgraaguit!Dit kindgaat opvakantieDit kindvindtlezen leukDit kind isde oudstethuisDit kind zitstraks ingroep 4Dit kindheeft eenkonijnDit kindvindtrekenenleukDit kindheeft eenzus (je)Dit kindheeft eenB-diplomaDit kindzit opvoetbalDit kindbespeelteeninstrumentDit kindhoudt vandansenDit kindeet graagpindakaasDit kindis dol opspelletjesDit kindheeft eenhondDit kindspeeltgraagbuitenDit kindis dejongstethuis

Kennis maken in groep 4-5 - Call List

(Print) Use this randomly generated list as your call list when playing the game. There is no need to say the BINGO column name. Place some kind of mark (like an X, a checkmark, a dot, tally mark, etc) on each cell as you announce it, to keep track. You can also cut out each item, place them in a bag and pull words from the bag.


1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
  1. Dit kind speelt hockey
  2. Dit kind tekent graag
  3. Dit kind zit straks in groep 5
  4. Dit kind heeft een broer (tje)
  5. Dit kind komt altijd op de fiets
  6. Dit kind heeft een A-diploma
  7. Dit kind houdt van gym
  8. Dit kind eet graag pizza
  9. Dit kind slaapt graag uit!
  10. Dit kind gaat op vakantie
  11. Dit kind vindt lezen leuk
  12. Dit kind is de oudste thuis
  13. Dit kind zit straks in groep 4
  14. Dit kind heeft een konijn
  15. Dit kind vindt rekenen leuk
  16. Dit kind heeft een zus (je)
  17. Dit kind heeft een B-diploma
  18. Dit kind zit op voetbal
  19. Dit kind bespeelt een instrument
  20. Dit kind houdt van dansen
  21. Dit kind eet graag pindakaas
  22. Dit kind is dol op spelletjes
  23. Dit kind heeft een hond
  24. Dit kind speelt graag buiten
  25. Dit kind is de jongste thuis