Knuffelen met huisdier Ik heb gesport Ik speelde een gezelschapspel Ik heb een serie gebingewatched Ik bakte iets lekkers Ik heb van iets kleins genoten Ik keek een film Ik heb lang geslapen Ik heb me verkleed. Ik heb me eenzaam gevoeld Ik ben blij dat ik terug naar school kan Ik speelde een online spel/game Ik las één of meer boeken. Ik heb een vriendin van de school opgezocht. Eigen activiteit: ___________ Ik heb extra geoefend voor school Ik heb mijn klas/vrienden gemist Ik heb me kunnen ontspannen Ik heb een boek gelezen Ik heb gepuzzeld Ik heb gekeken naar Karrewiet Ik maakte een wandeling Ik liep heel lang in pyama rond Ik deed mee met Halloween. Knuffelen met huisdier Ik heb gesport Ik speelde een gezelschapspel Ik heb een serie gebingewatched Ik bakte iets lekkers Ik heb van iets kleins genoten Ik keek een film Ik heb lang geslapen Ik heb me verkleed. Ik heb me eenzaam gevoeld Ik ben blij dat ik terug naar school kan Ik speelde een online spel/game Ik las één of meer boeken. Ik heb een vriendin van de school opgezocht. Eigen activiteit: ___________ Ik heb extra geoefend voor school Ik heb mijn klas/vrienden gemist Ik heb me kunnen ontspannen Ik heb een boek gelezen Ik heb gepuzzeld Ik heb gekeken naar Karrewiet Ik maakte een wandeling Ik liep heel lang in pyama rond Ik deed mee met Halloween.
(Print) Use this randomly generated list as your call list when playing the game. There is no need to say the BINGO column name. Place some kind of mark (like an X, a checkmark, a dot, tally mark, etc) on each cell as you announce it, to keep track. You can also cut out each item, place them in a bag and pull words from the bag.
Knuffelen met huisdier
Ik heb gesport
Ik speelde een gezelschapspel
Ik heb een serie gebingewatched
Ik bakte iets lekkers
Ik heb van iets kleins genoten
Ik keek een film
Ik heb lang geslapen
Ik heb me verkleed.
Ik heb me eenzaam gevoeld
Ik ben blij dat ik terug naar school kan
Ik speelde een online spel/game
Ik las één of meer boeken.
Ik heb een vriendin van de school opgezocht.
Eigen
activiteit:
___________
Ik heb extra geoefend voor school
Ik heb mijn klas/vrienden gemist
Ik heb me kunnen ontspannen
Ik heb een boek gelezen
Ik heb gepuzzeld
Ik heb gekeken naar Karrewiet
Ik maakte een wandeling
Ik liep heel lang in pyama rond
Ik deed mee met Halloween.