je kamerheeftopgeruimdUitlogeren isgegaanIswezensportenzichheeftverveeldIets iskwijtgeraaktSuikerfeestheeftgevierdNaar dezee isgeweestSpelletjesheeftgespeeldNaar eenpretparkisgeweestGamesheeftgespeeldDe 4 meiherdenkingheeftgedaanUitetenisgeweestIn Nederlandop vakantieis geweestIsverhuisdHeeftbuitengespeeldNaar hetbuitenlandop vakantieis geweestHeeftgewinkeldEen boekheeftgelezenBezoekheeftgehadNaar eenanderestad isgeweestKoningsdagheeftgevierdWeer zinheeft omnaar schoolte gaanBevrijdingheeftgevierdBij familieop bezoekgingje kamerheeftopgeruimdUitlogeren isgegaanIswezensportenzichheeftverveeldIets iskwijtgeraaktSuikerfeestheeftgevierdNaar dezee isgeweestSpelletjesheeftgespeeldNaar eenpretparkisgeweestGamesheeftgespeeldDe 4 meiherdenkingheeftgedaanUitetenisgeweestIn Nederlandop vakantieis geweestIsverhuisdHeeftbuitengespeeldNaar hetbuitenlandop vakantieis geweestHeeftgewinkeldEen boekheeftgelezenBezoekheeftgehadNaar eenanderestad isgeweestKoningsdagheeftgevierdWeer zinheeft omnaar schoolte gaanBevrijdingheeftgevierdBij familieop bezoekging

Zoek iemand die.... - Call List

(Print) Use this randomly generated list as your call list when playing the game. There is no need to say the BINGO column name. Place some kind of mark (like an X, a checkmark, a dot, tally mark, etc) on each cell as you announce it, to keep track. You can also cut out each item, place them in a bag and pull words from the bag.


1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
  1. je kamer heeft opgeruimd
  2. Uit logeren is gegaan
  3. Is wezen sporten
  4. zich heeft verveeld
  5. Iets is kwijtgeraakt
  6. Suikerfeest heeft gevierd
  7. Naar de zee is geweest
  8. Spelletjes heeft gespeeld
  9. Naar een pretpark is geweest
  10. Games heeft gespeeld
  11. De 4 mei herdenking heeft gedaan
  12. Uiteten is geweest
  13. In Nederland op vakantie is geweest
  14. Is verhuisd
  15. Heeft buiten gespeeld
  16. Naar het buitenland op vakantie is geweest
  17. Heeft gewinkeld
  18. Een boek heeft gelezen
  19. Bezoek heeft gehad
  20. Naar een andere stad is geweest
  21. Koningsdag heeft gevierd
  22. Weer zin heeft om naar school te gaan
  23. Bevrijding heeft gevierd
  24. Bij familie op bezoek ging