vanshoppenhoudt..................gewerktheeft in devakantie................veelsport...............dezemaandjarig is.................naar eenpretpark isgeweest......................een boekheeftgelezen....................graagkookt ................graag filmskijkt...................vanmuziekhoudt................inTerneuzenwoont.................naar hetstrand isgeweest..............vaakanderenhelpt.................heeftgezwommen .....................opvakantie isgeweest................met de busnaar schoolkomt....................heeftuitgeslapen ...................vanshoppenhoudt..................gewerktheeft in devakantie................veelsport...............dezemaandjarig is.................naar eenpretpark isgeweest......................een boekheeftgelezen....................graagkookt ................graag filmskijkt...................vanmuziekhoudt................inTerneuzenwoont.................naar hetstrand isgeweest..............vaakanderenhelpt.................heeftgezwommen .....................opvakantie isgeweest................met de busnaar schoolkomt....................heeftuitgeslapen ...................

zoek iemand die... (zomervakantie) - Call List

(Print) Use this randomly generated list as your call list when playing the game. There is no need to say the BINGO column name. Place some kind of mark (like an X, a checkmark, a dot, tally mark, etc) on each cell as you announce it, to keep track. You can also cut out each item, place them in a bag and pull words from the bag.


1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
  1. van shoppen houdt ..................
  2. gewerkt heeft in de vakantie ................
  3. veel sport ...............
  4. deze maand jarig is .................
  5. naar een pretpark is geweest ......................
  6. een boek heeft gelezen ....................
  7. graag kookt ................
  8. graag films kijkt ...................
  9. van muziek houdt ................
  10. in Terneuzen woont .................
  11. naar het strand is geweest ..............
  12. vaak anderen helpt .................
  13. heeft gezwommen .....................
  14. op vakantie is geweest ................
  15. met de bus naar school komt ....................
  16. heeft uitgeslapen ...................