l'attitude(v)dehoudingsouligneronderstrepenlebulletinhetrapportfaire unefforteenpogingdoen, jebest doenl'oralhetmondelingexamenréfléchirnadenkengrossirdikkerwordenun/uneélève(m/v)eenleerlingunpoissoneenviscadeau:-)ungrandmagasineenwarenhuisrespirerinademen,ademenunvignobleeenwijngaardréciproquewederzijdslepanierhetmandjefaire lacuisinekokenunoragehetonweer,de stormuneécoleprimaireeenbasisschoollemariagedebruiloftlaréponsehetantwoordleprénomdevoornaamtomberamoureuxde,amoureuseverliefdwordenoplapierredesteenl'histoire(v)degeschiedenislecoursdelesapercevoir(op)merken,waarnemenlaconfiancehetvertrouwentraduirevertalenunedisputeeenruziele profprincipaldementorpeserwegenfairedescoursesboodschappendoencorrigernakijkenlecollègedeonderbouwuneréductioneenkortingrencontrerontmoetenletrouhetgatcommanderbestellenmordrebijtenmanquerla classespijbelenungâteaueentaartlequartierdewijkletableauhetschoolbordlanourriturehetvoedseluneboissoneendrankuneamitiéeenvriendschapconsolertroostenvendreverkopensévèrestrenglechapitrehethoofdstuklapagedebladzijdeundesserteentoetjeparcoeuruit hethoofdabandonnerverlaten,achterlatenlemarchédemarktl'odeur(v)degeurl'entouragedeomgevingfaire lavaiselleafwassenuneattitudeeenhoudingunerelationeen relatie,eenverhoudinglesablehetzandlesmaths(v)dewiskundeunsentierhetpadunarbreeenboomle nomdefamilledeachternaamlesenvirons(m)deomgevinglacôtedekustune écolematernelleeenkleuterschoollepourboiredefooiréussirslagenleserveurde kelner,debediendemaltraitermishandelenunemenaceeenbedreigingdérangerstorencirculerrijden,bewegenlesvoisinsdeburenlesilencedestiltelaviandehetvleesunmarieenechtgenootuneîleeeneilandla récré,récréationdepauzeplairebevallen,plezierenledésertdewoestijnaccueillirontvangenlaplagehetstrandlatartinedeboterhamlesfraisdekostenl'enfance(v)dekinderjarenlacollinedeheuveluneinvitationeenuitnodigingunenoteeencijferscolaireschool-apprécierwaarderenapprendrelerenlapluiederegensedéroulerverlopen,plaatsvindenle livredetexteshettekstboeklerayondeafdelinglelachetmeercoupersnijdendoux,doucezacht,zoetlesjeunes(m/v)dejongerenunamoureenliefdeuneépouseeenechtgenotefidèletrouwlecahierhetschriftlaconfituredejampréparerklaarmaken,makenmélangermengenlegoûtdesmaaklecroque-monsieurdetostilarentréehet beginvan hetschooljaarlapêchehetvissenlamontagnedebergavoirfaimhongerhebbenleslégumes(m)degroentenunplateengerechtfréquenteromgaanmetaccompagnermeegaanmetcoulerstromentranquillerustiglemorceauhetstukje,het stukchezmoibij mijthuisun ado, unadolescenteentiener/jongerelecieldeluchtavoirsoifdorsthebbengoûterproevenuneformationeenopleidingunrendez-vouseenafspraakledessinhettekenenredoublerzittenblijvenensemblesamenunadulteeenvolwassenelesdevoirshethuiswerkleportdehavenlamatièrehetschoolvakunemémoireeengeheugenpartagerdelenunelangueeentaalhumainmenselijkallumeraanzetten,aanstekenuneépreuveeenproefwerkinviteràuitnodigenvoorunecatastropheeenramplabouteilledefleslapollutiondevervuilingpolibeleefdunproduiteenproducts'entendremet elkaaropschietenlepoidshetgewichtlepainhetbroodlecrayonhetpotloodlamétéohetweerlelaitdemelkla date denaissancedegeboortedatuml'emploidu temps(m)hetlesroosterunendroiteen plek,eenplaatsépousertrouwenunitinéraireeenrouteétudierstuderenrépéterherhalenuninstituteur,uneinstitutriceeenmeester,een juffrouw(op school)vérifiercontroleren,nakijkenle petitdéjeunerhetontbijtc'estdécidéhet staatvast, hetisbeslotenleboishetbosunecalculetteeenrekenmachineacheterkopenunexerciceeenoefeningenétéin dezomerunnuageeenwolkleprixdeprijslesgensmensenuneglaceeenijsjeuneadditioneenrekeningseconduirezichgedragenunenseignanteenonderwijzerl'environnement(m)hetmilieulimiterbeperken,begrenzenunefleureenbloemfaire laconnaissancedekennismakenmetdel'eauhetwaterseméfierdewantrouwen,oppassenvoordétruirevernielenressembleràlijkenopl'herbehetgraslamerdezeeallervoiropbezoekgaan bijlesecoursdehulpsesépareruitelkaargaanleventdewindunrepaseenmaaltijdenchanté,enchantéeaangenaamlescéréales(v)deontbijtgranen,de granenressembleràlijkenopuneboissoneendrankjelafêtehetfeestlelycéedebovenbouwlagéographiedeaardrijkskundeseprésenterzichvoorstellenembrasserkussen,omhelzenauprintempsin delenterecommenderaanradenuneéducationeenopvoedinguneexplicationeenuitleglepaysagehetlandschapunagriculteureenlandbouwerlestylodepenl'étoiledesterunanniversaireeenverjaardagunecaveeenkelderlabandedegroep,het stelle bac, lebaccalauréatheteindexamenle prof, leprofesseurdeleraarcuisinerkokenlachaleurde hitte,dewarmteuneinondationeenoverstromingl'attitude(v)dehoudingsouligneronderstrepenlebulletinhetrapportfaire unefforteenpogingdoen, jebest doenl'oralhetmondelingexamenréfléchirnadenkengrossirdikkerwordenun/uneélève(m/v)eenleerlingunpoissoneenviscadeau:-)ungrandmagasineenwarenhuisrespirerinademen,ademenunvignobleeenwijngaardréciproquewederzijdslepanierhetmandjefaire lacuisinekokenunoragehetonweer,de stormuneécoleprimaireeenbasisschoollemariagedebruiloftlaréponsehetantwoordleprénomdevoornaamtomberamoureuxde,amoureuseverliefdwordenoplapierredesteenl'histoire(v)degeschiedenislecoursdelesapercevoir(op)merken,waarnemenlaconfiancehetvertrouwentraduirevertalenunedisputeeenruziele profprincipaldementorpeserwegenfairedescoursesboodschappendoencorrigernakijkenlecollègedeonderbouwuneréductioneenkortingrencontrerontmoetenletrouhetgatcommanderbestellenmordrebijtenmanquerla classespijbelenungâteaueentaartlequartierdewijkletableauhetschoolbordlanourriturehetvoedseluneboissoneendrankuneamitiéeenvriendschapconsolertroostenvendreverkopensévèrestrenglechapitrehethoofdstuklapagedebladzijdeundesserteentoetjeparcoeuruit hethoofdabandonnerverlaten,achterlatenlemarchédemarktl'odeur(v)degeurl'entouragedeomgevingfaire lavaiselleafwassenuneattitudeeenhoudingunerelationeen relatie,eenverhoudinglesablehetzandlesmaths(v)dewiskundeunsentierhetpadunarbreeenboomle nomdefamilledeachternaamlesenvirons(m)deomgevinglacôtedekustune écolematernelleeenkleuterschoollepourboiredefooiréussirslagenleserveurde kelner,debediendemaltraitermishandelenunemenaceeenbedreigingdérangerstorencirculerrijden,bewegenlesvoisinsdeburenlesilencedestiltelaviandehetvleesunmarieenechtgenootuneîleeeneilandla récré,récréationdepauzeplairebevallen,plezierenledésertdewoestijnaccueillirontvangenlaplagehetstrandlatartinedeboterhamlesfraisdekostenl'enfance(v)dekinderjarenlacollinedeheuveluneinvitationeenuitnodigingunenoteeencijferscolaireschool-apprécierwaarderenapprendrelerenlapluiederegensedéroulerverlopen,plaatsvindenle livredetexteshettekstboeklerayondeafdelinglelachetmeercoupersnijdendoux,doucezacht,zoetlesjeunes(m/v)dejongerenunamoureenliefdeuneépouseeenechtgenotefidèletrouwlecahierhetschriftlaconfituredejampréparerklaarmaken,makenmélangermengenlegoûtdesmaaklecroque-monsieurdetostilarentréehet beginvan hetschooljaarlapêchehetvissenlamontagnedebergavoirfaimhongerhebbenleslégumes(m)degroentenunplateengerechtfréquenteromgaanmetaccompagnermeegaanmetcoulerstromentranquillerustiglemorceauhetstukje,het stukchezmoibij mijthuisun ado, unadolescenteentiener/jongerelecieldeluchtavoirsoifdorsthebbengoûterproevenuneformationeenopleidingunrendez-vouseenafspraakledessinhettekenenredoublerzittenblijvenensemblesamenunadulteeenvolwassenelesdevoirshethuiswerkleportdehavenlamatièrehetschoolvakunemémoireeengeheugenpartagerdelenunelangueeentaalhumainmenselijkallumeraanzetten,aanstekenuneépreuveeenproefwerkinviteràuitnodigenvoorunecatastropheeenramplabouteilledefleslapollutiondevervuilingpolibeleefdunproduiteenproducts'entendremet elkaaropschietenlepoidshetgewichtlepainhetbroodlecrayonhetpotloodlamétéohetweerlelaitdemelkla date denaissancedegeboortedatuml'emploidu temps(m)hetlesroosterunendroiteen plek,eenplaatsépousertrouwenunitinéraireeenrouteétudierstuderenrépéterherhalenuninstituteur,uneinstitutriceeenmeester,een juffrouw(op school)vérifiercontroleren,nakijkenle petitdéjeunerhetontbijtc'estdécidéhet staatvast, hetisbeslotenleboishetbosunecalculetteeenrekenmachineacheterkopenunexerciceeenoefeningenétéin dezomerunnuageeenwolkleprixdeprijslesgensmensenuneglaceeenijsjeuneadditioneenrekeningseconduirezichgedragenunenseignanteenonderwijzerl'environnement(m)hetmilieulimiterbeperken,begrenzenunefleureenbloemfaire laconnaissancedekennismakenmetdel'eauhetwaterseméfierdewantrouwen,oppassenvoordétruirevernielenressembleràlijkenopl'herbehetgraslamerdezeeallervoiropbezoekgaan bijlesecoursdehulpsesépareruitelkaargaanleventdewindunrepaseenmaaltijdenchanté,enchantéeaangenaamlescéréales(v)deontbijtgranen,de granenressembleràlijkenopuneboissoneendrankjelafêtehetfeestlelycéedebovenbouwlagéographiedeaardrijkskundeseprésenterzichvoorstellenembrasserkussen,omhelzenauprintempsin delenterecommenderaanradenuneéducationeenopvoedinguneexplicationeenuitleglepaysagehetlandschapunagriculteureenlandbouwerlestylodepenl'étoiledesterunanniversaireeenverjaardagunecaveeenkelderlabandedegroep,het stelle bac, lebaccalauréatheteindexamenle prof, leprofesseurdeleraarcuisinerkokenlachaleurde hitte,dewarmteuneinondationeenoverstroming

4ma Examenidioom thema 1-2-3-6 - Call List

(Print) Use this randomly generated list as your call list when playing the game. There is no need to say the BINGO column name. Place some kind of mark (like an X, a checkmark, a dot, tally mark, etc) on each cell as you announce it, to keep track. You can also cut out each item, place them in a bag and pull words from the bag.


1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
40
41
42
43
44
45
46
47
48
49
50
51
52
53
54
55
56
57
58
59
60
61
62
63
64
65
66
67
68
69
70
71
72
73
74
75
76
77
78
79
80
81
82
83
84
85
86
87
88
89
90
91
92
93
94
95
96
97
98
99
100
101
102
103
104
105
106
107
108
109
110
111
112
113
114
115
116
117
118
119
120
121
122
123
124
125
126
127
128
129
130
131
132
133
134
135
136
137
138
139
140
141
142
143
144
145
146
147
148
149
150
151
152
153
154
155
156
157
158
159
160
161
162
163
164
165
166
167
168
169
170
171
172
173
174
175
176
177
178
179
180
181
182
183
184
185
186
187
188
189
190
191
192
193
194
195
196
197
198
199
200
201
202
203
204
205
206
207
208
209
210
211
212
213
214
215
216
217
  1. de houding
    l'attitude (v)
  2. onderstrepen
    souligner
  3. het rapport
    le bulletin
  4. een poging doen, je best doen
    faire un effort
  5. het mondeling examen
    l'oral
  6. nadenken
    réfléchir
  7. dikker worden
    grossir
  8. een leerling
    un/une élève (m/v)
  9. een vis
    un poisson
  10. cadeau :-)
  11. een warenhuis
    un grand magasin
  12. inademen, ademen
    respirer
  13. een wijngaard
    un vignoble
  14. wederzijds
    réciproque
  15. het mandje
    le panier
  16. koken
    faire la cuisine
  17. het onweer, de storm
    un orage
  18. een basisschool
    une école primaire
  19. de bruiloft
    le mariage
  20. het antwoord
    la réponse
  21. de voornaam
    le prénom
  22. verliefd worden op
    tomber amoureux de, amoureuse
  23. de steen
    la pierre
  24. de geschiedenis
    l'histoire (v)
  25. de les
    le cours
  26. (op)merken, waarnemen
    apercevoir
  27. het vertrouwen
    la confiance
  28. vertalen
    traduire
  29. een ruzie
    une dispute
  30. de mentor
    le prof principal
  31. wegen
    peser
  32. boodschappen doen
    faire des courses
  33. nakijken
    corriger
  34. de onderbouw
    le collège
  35. een korting
    une réduction
  36. ontmoeten
    rencontrer
  37. het gat
    le trou
  38. bestellen
    commander
  39. bijten
    mordre
  40. spijbelen
    manquer la classe
  41. een taart
    un gâteau
  42. de wijk
    le quartier
  43. het schoolbord
    le tableau
  44. het voedsel
    la nourriture
  45. een drank
    une boisson
  46. een vriendschap
    une amitié
  47. troosten
    consoler
  48. verkopen
    vendre
  49. streng
    sévère
  50. het hoofdstuk
    le chapitre
  51. de bladzijde
    la page
  52. een toetje
    un dessert
  53. uit het hoofd
    par coeur
  54. verlaten, achterlaten
    abandonner
  55. de markt
    le marché
  56. de geur
    l'odeur (v)
  57. de omgeving
    l'entourage
  58. afwassen
    faire la vaiselle
  59. een houding
    une attitude
  60. een relatie, een verhouding
    une relation
  61. het zand
    le sable
  62. de wiskunde
    les maths (v)
  63. het pad
    un sentier
  64. een boom
    un arbre
  65. de achternaam
    le nom de famille
  66. de omgeving
    les environs (m)
  67. de kust
    la côte
  68. een kleuterschool
    une école maternelle
  69. de fooi
    le pourboire
  70. slagen
    réussir
  71. de kelner, de bediende
    le serveur
  72. mishandelen
    maltraiter
  73. een bedreiging
    une menace
  74. storen
    déranger
  75. rijden, bewegen
    circuler
  76. de buren
    les voisins
  77. de stilte
    le silence
  78. het vlees
    la viande
  79. een echtgenoot
    un mari
  80. een eiland
    une île
  81. de pauze
    la récré, récréation
  82. bevallen, plezieren
    plaire
  83. de woestijn
    le désert
  84. ontvangen
    accueillir
  85. het strand
    la plage
  86. de boterham
    la tartine
  87. de kosten
    les frais
  88. de kinderjaren
    l'enfance (v)
  89. de heuvel
    la colline
  90. een uitnodiging
    une invitation
  91. een cijfer
    une note
  92. school-
    scolaire
  93. waarderen
    apprécier
  94. leren
    apprendre
  95. de regen
    la pluie
  96. verlopen, plaatsvinden
    se dérouler
  97. het tekstboek
    le livre de textes
  98. de afdeling
    le rayon
  99. het meer
    le lac
  100. snijden
    couper
  101. zacht, zoet
    doux, douce
  102. de jongeren
    les jeunes (m/v)
  103. een liefde
    un amour
  104. een echtgenote
    une épouse
  105. trouw
    fidèle
  106. het schrift
    le cahier
  107. de jam
    la confiture
  108. klaarmaken, maken
    préparer
  109. mengen
    mélanger
  110. de smaak
    le goût
  111. de tosti
    le croque-monsieur
  112. het begin van het schooljaar
    la rentrée
  113. het vissen
    la pêche
  114. de berg
    la montagne
  115. honger hebben
    avoir faim
  116. de groenten
    les légumes (m)
  117. een gerecht
    un plat
  118. omgaan met
    fréquenter
  119. meegaan met
    accompagner
  120. stromen
    couler
  121. rustig
    tranquille
  122. het stukje, het stuk
    le morceau
  123. bij mij thuis
    chez moi
  124. een tiener/jongere
    un ado, un adolescent
  125. de lucht
    le ciel
  126. dorst hebben
    avoir soif
  127. proeven
    goûter
  128. een opleiding
    une formation
  129. een afspraak
    un rendez-vous
  130. het tekenen
    le dessin
  131. zittenblijven
    redoubler
  132. samen
    ensemble
  133. een volwassene
    un adulte
  134. het huiswerk
    les devoirs
  135. de haven
    le port
  136. het schoolvak
    la matière
  137. een geheugen
    une mémoire
  138. delen
    partager
  139. een taal
    une langue
  140. menselijk
    humain
  141. aanzetten, aansteken
    allumer
  142. een proefwerk
    une épreuve
  143. uitnodigen voor
    inviter à
  144. een ramp
    une catastrophe
  145. de fles
    la bouteille
  146. de vervuiling
    la pollution
  147. beleefd
    poli
  148. een product
    un produit
  149. met elkaar opschieten
    s'entendre
  150. het gewicht
    le poids
  151. het brood
    le pain
  152. het potlood
    le crayon
  153. het weer
    la météo
  154. de melk
    le lait
  155. de geboortedatum
    la date de naissance
  156. het lesrooster
    l'emploi du temps (m)
  157. een plek, een plaats
    un endroit
  158. trouwen
    épouser
  159. een route
    un itinéraire
  160. studeren
    étudier
  161. herhalen
    répéter
  162. een meester, een juffrouw (op school)
    un instituteur, une institutrice
  163. controleren, nakijken
    vérifier
  164. het ontbijt
    le petit déjeuner
  165. het staat vast, het is besloten
    c'est décidé
  166. het bos
    le bois
  167. een rekenmachine
    une calculette
  168. kopen
    acheter
  169. een oefening
    un exercice
  170. in de zomer
    en été
  171. een wolk
    un nuage
  172. de prijs
    le prix
  173. mensen
    les gens
  174. een ijsje
    une glace
  175. een rekening
    une addition
  176. zich gedragen
    se conduire
  177. een onderwijzer
    un enseignant
  178. het milieu
    l'environnement (m)
  179. beperken, begrenzen
    limiter
  180. een bloem
    une fleur
  181. kennismaken met
    faire la connaissance de
  182. het water
    de l'eau
  183. wantrouwen, oppassen voor
    se méfier de
  184. vernielen
    détruire
  185. lijken op
    ressembler à
  186. het gras
    l'herbe
  187. de zee
    la mer
  188. op bezoek gaan bij
    aller voir
  189. de hulp
    le secours
  190. uit elkaar gaan
    se séparer
  191. de wind
    le vent
  192. een maaltijd
    un repas
  193. aangenaam
    enchanté, enchantée
  194. de ontbijtgranen, de granen
    les céréales (v)
  195. lijken op
    ressembler à
  196. een drankje
    une boisson
  197. het feest
    la fête
  198. de bovenbouw
    le lycée
  199. de aardrijkskunde
    la géographie
  200. zich voorstellen
    se présenter
  201. kussen, omhelzen
    embrasser
  202. in de lente
    au printemps
  203. aanraden
    recommender
  204. een opvoeding
    une éducation
  205. een uitleg
    une explication
  206. het landschap
    le paysage
  207. een landbouwer
    un agriculteur
  208. de pen
    le stylo
  209. de ster
    l'étoile
  210. een verjaardag
    un anniversaire
  211. een kelder
    une cave
  212. de groep, het stel
    la bande
  213. het eindexamen
    le bac, le baccalauréat
  214. de leraar
    le prof, le professeur
  215. koken
    cuisiner
  216. de hitte, de warmte
    la chaleur
  217. een overstroming
    une inondation