Noem 3 au-woorden dieniet op deau-plaatstaanVertel wie ernaast, vooren achter jezittenSchrijf minstens3 namen vanbloemen opwaarvan weeen bol gepoothebbenLaat jeouders jestickers bijde tafelszien.Vertel jeouders waarje trots opbentVertel jeouders 3weetjes overhetzonnestelselSchrijf hetwoord"wetenschapper" op en vertel jeouders waaromje dit zo schrijftJe ouderskiezen eenmoeilijk woorduit je dictee enjij schrijft het opWelkebekendeknol kennenwe?Lees eenstukjevoor uit jeleesboekVertel en laat zienhoe je deze somop de legegetallenlijnuitrekent: 28 + 7=Laat jeouders jouwastronautzienVertel jeouders 3weetjes overde maanVerzin zelf 5tafelsommen uitde tafels 1 t/m 5en vraag je oudersde antwoorden opte schrijvenVraag jeouders eenmoeilijk woorduit je dictee opte schrijvenVertel jeouders overde smileys.Hoeveel elkedag?Vertel en laat zienhoe je deze somop de legegetallenlijnuitrekent: 74 - 7=Laat jeouders hetstaalboekjezien.Leg hetverschil uittussen eenbol en eenknolNoem de3lidwoordenvraag jeouders of zijook eenweetje over demaan wetenLaat nu jeouders 5tafelsommenbedenken.Jijschrijft deantwoorden opLaat jetoetsboekenzien.Vertel jeouders 3weetjes overhet maanpakNoem 3 au-woorden dieniet op deau-plaatstaanVertel wie ernaast, vooren achter jezittenSchrijf minstens3 namen vanbloemen opwaarvan weeen bol gepoothebbenLaat jeouders jestickers bijde tafelszien.Vertel jeouders waarje trots opbentVertel jeouders 3weetjes overhetzonnestelselSchrijf hetwoord"wetenschapper" op en vertel jeouders waaromje dit zo schrijftJe ouderskiezen eenmoeilijk woorduit je dictee enjij schrijft het opWelkebekendeknol kennenwe?Lees eenstukjevoor uit jeleesboekVertel en laat zienhoe je deze somop de legegetallenlijnuitrekent: 28 + 7=Laat jeouders jouwastronautzienVertel jeouders 3weetjes overde maanVerzin zelf 5tafelsommen uitde tafels 1 t/m 5en vraag je oudersde antwoorden opte schrijvenVraag jeouders eenmoeilijk woorduit je dictee opte schrijvenVertel jeouders overde smileys.Hoeveel elkedag?Vertel en laat zienhoe je deze somop de legegetallenlijnuitrekent: 74 - 7=Laat jeouders hetstaalboekjezien.Leg hetverschil uittussen eenbol en eenknolNoem de3lidwoordenvraag jeouders of zijook eenweetje over demaan wetenLaat nu jeouders 5tafelsommenbedenken.Jijschrijft deantwoorden opLaat jetoetsboekenzien.Vertel jeouders 3weetjes overhet maanpak

Laat je ouders de klas zien: groep 4 - Call List

(Print) Use this randomly generated list as your call list when playing the game. There is no need to say the BINGO column name. Place some kind of mark (like an X, a checkmark, a dot, tally mark, etc) on each cell as you announce it, to keep track. You can also cut out each item, place them in a bag and pull words from the bag.


1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
  1. Noem 3 au-woorden die niet op de au-plaat staan
  2. Vertel wie er naast, voor en achter je zitten
  3. Schrijf minstens 3 namen van bloemen op waarvan we een bol gepoot hebben
  4. Laat je ouders je stickers bij de tafels zien.
  5. Vertel je ouders waar je trots op bent
  6. Vertel je ouders 3 weetjes over het zonnestelsel
  7. Schrijf het woord "wetenschapper " op en vertel je ouders waarom je dit zo schrijft
  8. Je ouders kiezen een moeilijk woord uit je dictee en jij schrijft het op
  9. Welke bekende knol kennen we?
  10. Lees een stukje voor uit je leesboek
  11. Vertel en laat zien hoe je deze som op de lege getallenlijn uitrekent: 28 + 7=
  12. Laat je ouders jouw astronaut zien
  13. Vertel je ouders 3 weetjes over de maan
  14. Verzin zelf 5 tafelsommen uit de tafels 1 t/m 5 en vraag je ouders de antwoorden op te schrijven
  15. Vraag je ouders een moeilijk woord uit je dictee op te schrijven
  16. Vertel je ouders over de smileys. Hoeveel elke dag?
  17. Vertel en laat zien hoe je deze som op de lege getallenlijn uitrekent: 74 - 7=
  18. Laat je ouders het staalboekje zien.
  19. Leg het verschil uit tussen een bol en een knol
  20. Noem de 3 lidwoorden
  21. vraag je ouders of zij ook een weetje over de maan weten
  22. Laat nu je ouders 5 tafelsommen bedenken.Jij schrijft de antwoorden op
  23. Laat je toetsboeken zien.
  24. Vertel je ouders 3 weetjes over het maanpak