eropvertrouwen datmensen hetmet je eens zijnof je begrijpenen accepterendecultuurop geenenkelemaniertegenwerkenbaserenopkortgeleden,onlangs2verschillendevormen vankunstgeenstrobreedin de wegleggende officiëlemelding vaniets,bijvoorbeeld bijde politie of debelasting1 leefstijl vaneensamenleving;het geheel aanregels engebruiken;deobservatieiemand ietslaten wetenof zien dathij liever nietweet of zietvan ditmoment,van nulokaalhetkarakter,het wezenkleinonderdeel,bijzonderheidterwijltoegekekenwordt doordeontheffingde persoon dieuit het buitenlandkomt, of van wiede ouders uit hetbuitenland komeninwerkelijkheid,in het echtdetraditiecompacthuidigrecentwaarnemingverlenengevenderichtlijniemandzeggenwat hijmoet doenweten hoehet precieszit ofgegaan isdeetiquetteconfronterenmetja zeggen,zeggen datje het ergensmee eensbentwijdverbreidweten hoede vork inde steelzitopbegriprekeneniemand dewetvoorschrijvensteunen op,als basishebben,uitgaan van2 zn: eenkamer in eenschoolgebouwwaar les wordtgegeven;bij een grotegroepmensenvoorkomenddeaardvoorschrift,instructie omduidelijk te makenhoe je iets moetdoen en wat welen niet magbevestigendantwoordenoudegebruiken engewoontenvan eengroeptoestemmingom eenbepaalde regelof wet niet tevolgen,vrijstelling1 bn:plaatselijk,uit dieplaatsde regelsvoor watbeleefd isen wat nietondertoeziendoog vanin depraktijkhetdetailweinigruimtenodighebbenddeaangiftedeallochtooneropvertrouwen datmensen hetmet je eens zijnof je begrijpenen accepterendecultuurop geenenkelemaniertegenwerkenbaserenopkortgeleden,onlangs2verschillendevormen vankunstgeenstrobreedin de wegleggende officiëlemelding vaniets,bijvoorbeeld bijde politie of debelasting1 leefstijl vaneensamenleving;het geheel aanregels engebruiken;deobservatieiemand ietslaten wetenof zien dathij liever nietweet of zietvan ditmoment,van nulokaalhetkarakter,het wezenkleinonderdeel,bijzonderheidterwijltoegekekenwordt doordeontheffingde persoon dieuit het buitenlandkomt, of van wiede ouders uit hetbuitenland komeninwerkelijkheid,in het echtdetraditiecompacthuidigrecentwaarnemingverlenengevenderichtlijniemandzeggenwat hijmoet doenweten hoehet precieszit ofgegaan isdeetiquetteconfronterenmetja zeggen,zeggen datje het ergensmee eensbentwijdverbreidweten hoede vork inde steelzitopbegriprekeneniemand dewetvoorschrijvensteunen op,als basishebben,uitgaan van2 zn: eenkamer in eenschoolgebouwwaar les wordtgegeven;bij een grotegroepmensenvoorkomenddeaardvoorschrift,instructie omduidelijk te makenhoe je iets moetdoen en wat welen niet magbevestigendantwoordenoudegebruiken engewoontenvan eengroeptoestemmingom eenbepaalde regelof wet niet tevolgen,vrijstelling1 bn:plaatselijk,uit dieplaatsde regelsvoor watbeleefd isen wat nietondertoeziendoog vanin depraktijkhetdetailweinigruimtenodighebbenddeaangiftedeallochtoon

Woorden 3.5 - Call List

(Print) Use this randomly generated list as your call list when playing the game. There is no need to say the BINGO column name. Place some kind of mark (like an X, a checkmark, a dot, tally mark, etc) on each cell as you announce it, to keep track. You can also cut out each item, place them in a bag and pull words from the bag.


1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
40
41
42
43
44
45
46
47
48
49
50
51
52
  1. erop vertrouwen dat mensen het met je eens zijn of je begrijpen en accepteren
  2. de cultuur
  3. op geen enkele manier tegenwerken
  4. baseren op
  5. kortgeleden, onlangs
  6. 2 verschillende vormen van kunst
  7. geen strobreed in de weg leggen
  8. de officiële melding van iets, bijvoorbeeld bij de politie of de belasting
  9. 1 leefstijl van een samenleving; het geheel aan regels en gebruiken;
  10. de observatie
  11. iemand iets laten weten of zien dat hij liever niet weet of ziet
  12. van dit moment, van nu
  13. lokaal
  14. het karakter, het wezen
  15. klein onderdeel, bijzonderheid
  16. terwijl toegekeken wordt door
  17. de ontheffing
  18. de persoon die uit het buitenland komt, of van wie de ouders uit het buitenland komen
  19. in werkelijkheid, in het echt
  20. de traditie
  21. compact
  22. huidig
  23. recent
  24. waarneming
  25. verlenen
  26. geven
  27. de richtlijn
  28. iemand zeggen wat hij moet doen
  29. weten hoe het precies zit of gegaan is
  30. de etiquette
  31. confronteren met
  32. ja zeggen, zeggen dat je het ergens mee eens bent
  33. wijdverbreid
  34. weten hoe de vork in de steel zit
  35. op begrip rekenen
  36. iemand de wet voorschrijven
  37. steunen op, als basis hebben, uitgaan van
  38. 2 zn: een kamer in een schoolgebouw waar les wordt gegeven;
  39. bij een grote groep mensen voorkomend
  40. de aard
  41. voorschrift, instructie om duidelijk te maken hoe je iets moet doen en wat wel en niet mag
  42. bevestigend antwoorden
  43. oude gebruiken en gewoonten van een groep
  44. toestemming om een bepaalde regel of wet niet te volgen, vrijstelling
  45. 1 bn: plaatselijk, uit die plaats
  46. de regels voor wat beleefd is en wat niet
  47. onder toeziend oog van
  48. in de praktijk
  49. het detail
  50. weinig ruimte nodig hebbend
  51. de aangifte
  52. de allochtoon