Zeg ietsaardigstegen eenklasgenootGeef eencomplimentjeaan eenklasgenootMaak eenklasgenootaan hetlachenSpeel meteenklasgenootin de pauzeRuim ietsvoor eenander opWens 3klasgenoteneen fijnedagWerksamenmet eenklasgenootLuisternaar eenklasgenootHelp eenklasgenootmet eenopdrachtWerk samenmet eenklasgenootdie je nog nietzo goed kentHelp eenklasgenootopruimenGeef eencomplimentjeaan dejuf/meesterDoe eenklusje voordejuf/meesterGooi iets indeprullenbakwat op degrond lagVraag eenklasgenoot dieje niet zo goedkent om ietssamen te doenZeg ietsaardigstegen eenklasgenootGeef eencomplimentjeaan eenklasgenootMaak eenklasgenootaan hetlachenSpeel meteenklasgenootin de pauzeRuim ietsvoor eenander opWens 3klasgenoteneen fijnedagWerksamenmet eenklasgenootLuisternaar eenklasgenootHelp eenklasgenootmet eenopdrachtWerk samenmet eenklasgenootdie je nog nietzo goed kentHelp eenklasgenootopruimenGeef eencomplimentjeaan dejuf/meesterDoe eenklusje voordejuf/meesterGooi iets indeprullenbakwat op degrond lagVraag eenklasgenoot dieje niet zo goedkent om ietssamen te doen

Wij helpen elkaar Bingo - Call List

(Print) Use this randomly generated list as your call list when playing the game. There is no need to say the BINGO column name. Place some kind of mark (like an X, a checkmark, a dot, tally mark, etc) on each cell as you announce it, to keep track. You can also cut out each item, place them in a bag and pull words from the bag.


1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
  1. Zeg iets aardigs tegen een klasgenoot
  2. Geef een complimentje aan een klasgenoot
  3. Maak een klasgenoot aan het lachen
  4. Speel met een klasgenoot in de pauze
  5. Ruim iets voor een ander op
  6. Wens 3 klasgenoten een fijne dag
  7. Werk samen met een klasgenoot
  8. Luister naar een klasgenoot
  9. Help een klasgenoot met een opdracht
  10. Werk samen met een klasgenoot die je nog niet zo goed kent
  11. Help een klasgenoot opruimen
  12. Geef een complimentje aan de juf/meester
  13. Doe een klusje voor de juf/meester
  14. Gooi iets in de prullenbak wat op de grond lag
  15. Vraag een klasgenoot die je niet zo goed kent om iets samen te doen