Hoeveeldelen ietsheeft.Voorouderen.Balletjesvankikkererwtenuit de frituur.Eenletter.Omhoogtrekken.Voorjongeren.Wat eenvervoermiddelhaalt enbrengt.Doormiddelvan.Metwoordenaangevenwat het is.Een groot ofklein stukgereedschap.Een deelvan eenmaaltijd.Anderszijn.Nietverderdan, nietouder dan.Lijst opalfabet vande inhoudvan eenboek.Bijvoorbeeld.Een tekst dieuitlegt hoe jeeten kuntklaarmaken.Ergensbijpassen.Het in eenandere taalzeggen ofschrijven.Boek waarinstaat hoe jeiets moetkoken ofbakken.Hoeveeldelen ietsheeft.Voorouderen.Balletjesvankikkererwtenuit de frituur.Eenletter.Omhoogtrekken.Voorjongeren.Wat eenvervoermiddelhaalt enbrengt.Doormiddelvan.Metwoordenaangevenwat het is.Een groot ofklein stukgereedschap.Een deelvan eenmaaltijd.Anderszijn.Nietverderdan, nietouder dan.Lijst opalfabet vande inhoudvan eenboek.Bijvoorbeeld.Een tekst dieuitlegt hoe jeeten kuntklaarmaken.Ergensbijpassen.Het in eenandere taalzeggen ofschrijven.Boek waarinstaat hoe jeiets moetkoken ofbakken.

Woordenschat Bingo - Call List

(Print) Use this randomly generated list as your call list when playing the game. There is no need to say the BINGO column name. Place some kind of mark (like an X, a checkmark, a dot, tally mark, etc) on each cell as you announce it, to keep track. You can also cut out each item, place them in a bag and pull words from the bag.


1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
  1. Hoeveel delen iets heeft.
  2. Voor ouderen.
  3. Balletjes van kikkererwten uit de frituur.
  4. Een letter.
  5. Omhoogtrekken.
  6. Voor jongeren.
  7. Wat een vervoermiddel haalt en brengt.
  8. Door middel van.
  9. Met woorden aangeven wat het is.
  10. Een groot of klein stuk gereedschap.
  11. Een deel van een maaltijd.
  12. Anders zijn.
  13. Niet verder dan, niet ouder dan.
  14. Lijst op alfabet van de inhoud van een boek.
  15. Bijvoorbeeld.
  16. Een tekst die uitlegt hoe je eten kunt klaarmaken.
  17. Ergens bij passen.
  18. Het in een andere taal zeggen of schrijven.
  19. Boek waarin staat hoe je iets moet koken of bakken.