This bingo card has 30 words: erwtensoep, de koelkast, de wolken, de gordijnen, ik moet gaan, wat is jouw naam?, ik heb bingo, ik heb dorst, de jurk, het bed, de appel, de kapper, FREE!, de zwemles, ik ben blij, de vlinder, mag ik de thee?, zeventien, vijfenvijftig, hoe gaat het met je?, wij gaan op reis, ben je verdrietig?, het is woensdag, de wekker, wintertijd, geitenkaas, het is herfst, het is koud buiten, eieren and het vliegveld.
Nederlands in de klas | Jongerenuitspraken | uit eten | Encpiration Day | Encpiration Day
Share this URL with your players:
For more control of your online game, create a clone of this card first.
Learn how to conduct a bingo game.
With players vying for a you'll have to call about __ items before someone wins. There's a __% chance that a lucky player would win after calling __ items.
Tip: If you want your game to last longer (on average), add more unique words/images to it.