Verwoestingen op nieteerder vertoonde schaaldoormassavernietigingswapensen de betrokkenheid vande burgerbevolking bijoorlogvoering.De industriëlerevolutie die in dewesterse wereldde basis legdevoor eenindustriëlesamenleving.De protestantsereformatie diesplitsing van dechristelijke kerkin West-Europatot gevolg hadDe DuitsebezettingvanNederland.De dekolonisatiemaakte een eindaan de westersehegemonie in dewereld.Voortschrijdendedemocratisering,met deelname vansteeds meermannen envrouwen aan hetpolitiek proces.Wereldwijdehandelscontacten,handelskapitalismeen het begin vaneenwereldeconomieDe ontwikkelingvan pluriformeenmulticulturelesamenlevingen.De modernevorm vanimperialismedie verbandhield met deindustrialisatieHet voeren vantweewereldoorlogen.Vormen vanverzet tegenhet West-Europeseimperialisme.De democratischerevoluties in westerselanden met alsgevolg discussiesover grondwetten,grondrechten enstaatsburgerschapDe crisis van hetwereldkapitalisme.De opkomst vanemancipatiebewegingenDe hernieuwdeoriëntatie op heterfgoed van deklassiekeoudheidDewetenschappelijkerevolutieHet in praktijkbrengen van detotalitaire ideologieëncommunisme enfascisme / nationaal-socialisme.Opkomst van depolitiek-maatschappelijkestromingen:nationalisme,liberalisme, socialisme,confessionalisme,feminisme.Discussiesover desocialekwestieHet beginvanEuropeseoverzeeseexpansieRationeel optimismeen ‘’verlicht denken’’dat werd toegepastop alle terreinen vande samenleving:godsdienst, politiek,economie en socialeverhoudingenHet strevenvan vorstennaarabsolutemachteigenkaDe toenemendewesterse welvaart dievanaf de jaren zestig vande twintigste eeuwaanleiding gaf totingrijpende sociaal-cultureleveranderingsprocessen.DeeenwordingvanEuropa.Het conflict in deNederlanden datresulteerde in destichting van eenNederlandse staatUitbouw van de Europeseoverheersing, met name inde vorm vanplantagekoloniën en dedaarmee verbonden trans-Atlantische slavenhandel,en de opkomst van hetabolitionismeDe rol van modernepropaganda- encommunicatiemiddelenen vormen vanmassaorganisatie.De verdeling van dewereld in tweeideologische blokken inde greep van eenwapenwedloop en dedaaruit voortvloeiendedreiging van eenatoomoorlog.De protestantsereformatie diesplitsing van dechristelijke kerkin West-Europatot gevolg hadVoortbestaan van hetancien régime metpogingen om hetvorstelijk bestuur opeigentijdse verlichtewijze vorm te geven(verlicht absolutisme)Het veranderendemens- enwereldbeeld van deRenaissance en hetbegin van eennieuwewetenschappelijkebelangstellingRacisme endiscriminatiedie leidden totgenocide, in hetbijzonder op dejoden.Verwoestingen op nieteerder vertoonde schaaldoormassavernietigingswapensen de betrokkenheid vande burgerbevolking bijoorlogvoering.De industriëlerevolutie die in dewesterse wereldde basis legdevoor eenindustriëlesamenleving.De protestantsereformatie diesplitsing van dechristelijke kerkin West-Europatot gevolg hadDe DuitsebezettingvanNederland.De dekolonisatiemaakte een eindaan de westersehegemonie in dewereld.Voortschrijdendedemocratisering,met deelname vansteeds meermannen envrouwen aan hetpolitiek proces.Wereldwijdehandelscontacten,handelskapitalismeen het begin vaneenwereldeconomieDe ontwikkelingvan pluriformeenmulticulturelesamenlevingen.De modernevorm vanimperialismedie verbandhield met deindustrialisatieHet voeren vantweewereldoorlogen.Vormen vanverzet tegenhet West-Europeseimperialisme.De democratischerevoluties in westerselanden met alsgevolg discussiesover grondwetten,grondrechten enstaatsburgerschapDe crisis van hetwereldkapitalisme.De opkomst vanemancipatiebewegingenDe hernieuwdeoriëntatie op heterfgoed van deklassiekeoudheidDewetenschappelijkerevolutieHet in praktijkbrengen van detotalitaire ideologieëncommunisme enfascisme / nationaal-socialisme.Opkomst van depolitiek-maatschappelijkestromingen:nationalisme,liberalisme, socialisme,confessionalisme,feminisme.Discussiesover desocialekwestieHet beginvanEuropeseoverzeeseexpansieRationeel optimismeen ‘’verlicht denken’’dat werd toegepastop alle terreinen vande samenleving:godsdienst, politiek,economie en socialeverhoudingenHet strevenvan vorstennaarabsolutemachteigenkaDe toenemendewesterse welvaart dievanaf de jaren zestig vande twintigste eeuwaanleiding gaf totingrijpende sociaal-cultureleveranderingsprocessen.DeeenwordingvanEuropa.Het conflict in deNederlanden datresulteerde in destichting van eenNederlandse staatUitbouw van de Europeseoverheersing, met name inde vorm vanplantagekoloniën en dedaarmee verbonden trans-Atlantische slavenhandel,en de opkomst van hetabolitionismeDe rol van modernepropaganda- encommunicatiemiddelenen vormen vanmassaorganisatie.De verdeling van dewereld in tweeideologische blokken inde greep van eenwapenwedloop en dedaaruit voortvloeiendedreiging van eenatoomoorlog.De protestantsereformatie diesplitsing van dechristelijke kerkin West-Europatot gevolg hadVoortbestaan van hetancien régime metpogingen om hetvorstelijk bestuur opeigentijdse verlichtewijze vorm te geven(verlicht absolutisme)Het veranderendemens- enwereldbeeld van deRenaissance en hetbegin van eennieuwewetenschappelijkebelangstellingRacisme endiscriminatiedie leidden totgenocide, in hetbijzonder op dejoden.

KA BINGO d - Call List

(Print) Use this randomly generated list as your call list when playing the game. There is no need to say the BINGO column name. Place some kind of mark (like an X, a checkmark, a dot, tally mark, etc) on each cell as you announce it, to keep track. You can also cut out each item, place them in a bag and pull words from the bag.


1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
  1. Verwoestingen op niet eerder vertoonde schaal door massavernietigingswapens en de betrokkenheid van de burgerbevolking bij oorlogvoering.
  2. De industriële revolutie die in de westerse wereld de basis legde voor een industriële samenleving.
  3. De protestantse reformatie die splitsing van de christelijke kerk in West-Europa tot gevolg had
  4. De Duitse bezetting van Nederland.
  5. De dekolonisatie maakte een eind aan de westerse hegemonie in de wereld.
  6. Voortschrijdende democratisering, met deelname van steeds meer mannen en vrouwen aan het politiek proces.
  7. Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van een wereldeconomie
  8. De ontwikkeling van pluriforme en multiculturele samenlevingen.
  9. De moderne vorm van imperialisme die verband hield met de industrialisatie
  10. Het voeren van twee wereldoorlogen.
  11. Vormen van verzet tegen het West-Europese imperialisme.
  12. De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap
  13. De crisis van het wereldkapitalisme.
  14. De opkomst van emancipatiebewegingen
  15. De hernieuwde oriëntatie op het erfgoed van de klassieke oudheid
  16. De wetenschappelijke revolutie
  17. Het in praktijk brengen van de totalitaire ideologieën communisme en fascisme / nationaal-socialisme.
  18. Opkomst van de politiek-maatschappelijke stromingen: nationalisme, liberalisme, socialisme, confessionalisme, feminisme.
  19. Discussies over de sociale kwestie
  20. Het begin van Europese overzeese expansie
  21. Rationeel optimisme en ‘’verlicht denken’’ dat werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen
  22. Het streven van vorsten naar absolute macht
  23. eigen ka
  24. De toenemende westerse welvaart die vanaf de jaren zestig van de twintigste eeuw aanleiding gaf tot ingrijpende sociaal-culturele veranderingsprocessen.
  25. De eenwording van Europa.
  26. Het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van een Nederlandse staat
  27. Uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee verbonden trans-Atlantische slavenhandel, en de opkomst van het abolitionisme
  28. De rol van moderne propaganda- en communicatiemiddelen en vormen van massaorganisatie.
  29. De verdeling van de wereld in twee ideologische blokken in de greep van een wapenwedloop en de daaruit voortvloeiende dreiging van een atoomoorlog.
  30. De protestantse reformatie die splitsing van de christelijke kerk in West-Europa tot gevolg had
  31. Voortbestaan van het ancien régime met pogingen om het vorstelijk bestuur op eigentijdse verlichte wijze vorm te geven (verlicht absolutisme)
  32. Het veranderende mens- en wereldbeeld van de Renaissance en het begin van een nieuwe wetenschappelijke belangstelling
  33. Racisme en discriminatie die leidden tot genocide, in het bijzonder op de joden.