(Print) Use this randomly generated list as your call list when playing the game. There is no need to say the BINGO column name. Place some kind of mark (like an X, a checkmark, a dot, tally mark, etc) on each cell as you announce it, to keep track. You can also cut out each item, place them in a bag and pull words from the bag.
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
40
41
42
43
44
45
46
47
48
49
50
51
52
53
54
55
56
57
58
59
60
61
62
63
64
65
66
67
68
69
70
71
72
73
74
75
76
77
78
79
80
81
82
83
84
85
86
87
88
89
90
91
92
93
94
95
96
97
98
99
100
101
102
103
104
105
106
107
108
109
110
111
112
113
114
115
116
117
118
119
120
121
122
123
124
125
126
127
128
129
130
131
132
133
134
135
136
137
138
139
140
141
142
143
144
145
146
147
148
149
150
151
152
153
154
155
156
na
de villa
het meer
Je moet rechtdoor gaan tot aan de stoplichten.
oké
fantastisch
de tweede straat
de droom
Jammer!
op (het bureau)
jammer genoeg
het strand
de auto
om de bus te nemen
de muur
het geluid, lawaai
rechtdoor
de garage
de begane grond
de rotonde
de kleren
verhuizen
In de tuin staan veel bloemen en bomen.
De woonkamer is op de begane grond.
openen, open/geopend
onder
leggen, zetten
de derde straat
de kamer, het vertrek
rustig
het winkeltje
nemen, ik neem
je moet/men moet/we moeten, het is nodig
de keuken
wonen, leven
de week
in
het ding
doorgaan
het raam
het metrostation
om te gaan naar
de bank
het bed
het gebouw
Hoeveel kamers hebben jullie?
de leunstoel
Op welke verdieping is jouw slaapkamer?
de lift
(naar) links
voor (het gebouw)
het bureau
oversteken
Natuurlijk!
het flatgebouw
gevaarlijk
(let op: De Fransen zeggen ‘zij heeft’ omdat villa vrl. Is)
interessant
het uitzicht
de oven
het paard
Precies!
(naar) rechts
licht
Dat klopt!
de zolder
Het park is tegenover de bakker.
de rommel
de plaats
opruimen
Succes!
vervolgens
de stoplichten
de eerste verdieping
volgende week
Ik woon in een rustige wijk en de winkels zijn dichtbij.
mooi
Op het kruispunt steekt u de straat over.
de afmeting, maat
men legt, men zet
Het spijt me, ik weet het niet.
het meubelstuk
de winkel
Mijn slaapkamer is op de tweede verdieping, op de zolder.
de deur
modern
De badkamer is van gemiddelde afmeting.
de bakker
achter
het toilet
later
tegen (de bakkerij)
de kast
Je neemt de tweede straat rechts.
gemiddeld
het kruispunt
volgend
boven
doorbrengen
de boederij
de ingang
de slaapkamer
leeg
de vis
het dak
tegenover (de kerk)
Er is geen apotheek in mijn straat.
(lett.: op de begane grond is de woonkamer)
de bushalte
de badkamer
blauw
surfen
naar beneden gaan
het product
tot aan
om te, voor
niet, geen
de zomer
naast (de bakkerij)
de kat
de eetkamer
Onze villa is erg groot, hij heeft zes kamers.
(lett.: zij is hoe, jouw kamer?)
fietsen
de spullen
de eerste straat
Om naar de eerste verdieping te gaan, neem ik de trap.